Christelijk Gereformeerde Kerk

Geschiedenis

Het orgel in de Christelijk Gereformeerde Eben Haëzer kerk is gebouwd in 1966 door de Zwolse firma "Van de Berg & Wendt". Het orgel heeft een rein mechanisch systeem, een systeem dat in de hedendaagse nieuw gebouwde orgels nog steeds wordt uitgevoerd.

Bij de oplevering had het orgel de volgende dispositie:

Hoofdwerk	Onderpositief	Pedaal
Prestant 8' Roerfluit 8' Octaaf 4' Quint 2 2/3' Gemshoorn 2' Mixtur 1 1/3' IV	Gedekt 8' Roerfluit 4' Nasard 1 1/3' Prestant 2' Sesquialter II Trompetregaal 8' Tremulant	Subbas 16' Prestant 8' (transm.) Schalmij 4'
Speelhulpen
Koppeling Hoofdwerk - Onderpositief Koppeling Pedaal - Hoofdwerk Koppeling Pedaal - Onderpositief Het Onderpositief is gepositioneerd in een zwelkast

In 1994 is het orgel gerherintoneert en heeft er een dispositiewijziging plaatsgevonden. Dit is uitgevoerd door de firma "Kaat en Tijhuis" uit Kampen.
Tijdens deze werkzaamheden zijn alle pijpen gecontroleerd en eventuele gebreken zijn verholpen.

Toen het orgel is gebouwd golden er andere normen, met betrekking tot de maten van de pijpen. Deze andere normen waren het gevolg van de zogenaamde Neo-Barok periode die de orgelbouw in de na-oorlogse jaren kenmerkte.
Deze stijl kenmerkt zich door de te lage opsneden en grote voetopeningen. Dit had als gevolg dat de pijp een grondtoonloze en schrille klank voortbracht.

Om er voor te zorgen dat het orgel een bredere, warmere klank zou krijgen was het noodzakelijk om enige registers aan te passen of zelfs te vervangen.
Concreet betekende dit dat:

de Quint 2 2/3' op het hoofdwerk is vervangen door een nieuwe Open fluit 4'.
de Gemshoorn 2' van het hoofdwerk op de plaats is gekomen van de Octaaf 2' van het onderpostief.
de Octaaf 2' van het onderpositief op de plaats is gekomen van de Gemshoorn 2' van het hoofdwerk.
de Narsard 1 1/3' van het onderpositief is opgeschoven tot een Nasard 2 2/3'. Daarbij zijn 12 nieuwe pijen gemaakt voor de laagste tonen.
door het ruimtegebrek dat is ontstaan bij het verschuiven van de Nasard de Sesquialter II begint op a-klein.
de Trompetregaal 8' van het onderpositief is vervangen door een Dulciaan 8' (gebruikt). De Trompetregaal was eigenlijk alleen te gebruiken als soloregister. De Dulciaan derentegen kan ook worden gebruikt als plenumregister.
de Schamlij 4' is vervangen door een Fagot 8' (nieuw). Deze is veel geschikter om de dragende functie van het pedaal te vervullen.
de zwelkast om het onderpostief is verwijderd.

De werkzaamheden hebben ongeveer 2 maand in beslag genomen. Ze zijn begeleid door orgeladviseur J. Zwanepol uit Kampen. De heringebruikname vond plaats op vrijdag 17 juni 1994.

Algemeen

Dispositie

Foto's